Drumband Nieuw Leven
In 1965 namen enkele mensen het initiatief om een drumband op te richten die De Hoop tijdens marsen zou begeleiden. Er werden oefenplankjes en trommelstokken aangeschaft, en door de kleine tromslager Adrie v.d.Ree werden de grondbeginselen van de tamboer bijgebracht, in het schuurtje bij Meester Dekker.
Toen na enige tijd de dienstmarsen geleerd waren werden er gebruikte trommels aangeschaft, de financiën hiervoor waren door diverse acties bijeengebracht, o.a. door oliebollen verkoop en oud papier ophalen.
Toen er eenmaal trommels waren moest er ook naar een andere repetitieruimte uitgezien worden, dit werd eerst de vismijn op de Molenkade naast de molen, ook werd er nog een tijd in De Paddestoel (die toen leegstond) gerepeteerd. In deze locaties was geen verwarming dus in de winter werd met stijve vingers geoefend, totdat de gymzaal van de openbare lagere school hiervoor gebruikt mocht worden.
Het eerste optreden werd een uitwedstrijd naar Melissant, daar werd de drumband uitgenodigd op een Koninginnedag voor een mars door het dorp. Inmiddels was de muzikant Wim Gebuis bereid gevonden om tamboer-maître/instructeur te worden hetgeen hem goed afging, later werden er lessen gegeven door de slagwerker van de Marinierskapel Dhr. Chris Knoop, die zelfs een mars voor de drumband schreef met als titel; De Gornaet City.
Ook vond men dat de drumband een eigen naam moest hebben, en na onderling overleg werd dit Nieuw Leven.
Omdat Nieuw Leven in de beginjaren geen uniformen bezat, werden er bij de winkel van Keesje Bok in Ouddorp witte vakantiepetten gekocht, later tijdens het vernieuwen van de uniformen van De Hoop werd ook de drumband in het nieuw gestoken en wel in blauwe jas met grijze broek en op het hoofd een sjako.
Door het voeren van diverse acties werd het instrumentarium vernieuwd hetwelk bestond uit;
4 diepe marstrommels, 8 kleine trommels, 2 tenorpauken, en een overslagtrom deze werden in het Haegse Huus op een feestelijke manier overhandigd.
Aan twee concoursen werd er in die tijd deel genomen, een keer in Heithuysen, en een keer in Boskoop waarbij respectievelijk een eerste en een derde prijs werden behaald. Ook werd er veel opgetreden in Ouddorp en Goedereede waar de muziekverenigingen toen geen drumband hadden. Jammer genoeg zo half de 70-er jaren liep het animo en repetitiebezoek zo sterk terug dat werd besloten de drumband op te heffen. Het instrumentarium en uniformen zijn later verkocht.